Hoe vaak moet de uitloogoplossing worden getest tijdens cyanidatie? Is het nodig om actieve kool toe te voegen of deze op tijd te veranderen?

Eén tot tweemaal daags testen van de uitloogoplossing is voldoende. Het monitoren van het verschil in goudgehalte tussen rijke en arme oplossingen geeft de adsorptie door de actieve kool aan; een significant verschil duidt op effectieve adsorptie.

De uitloogoplossing moet zorgvuldig worden getest, waarbij tests 1-2 keer per dag worden uitgevoerd op pH, reagensconcentratie en goud-zilvergehalte. Het resterende adsorptievermogen van de actieve kool kan worden bepaald door het goudgehalte in de slechte oplossing na passage door de actieve kool. Als het goudgehalte in de slechte oplossing hoog is, geeft dit aan dat de actieve kool verzadigd is en onmiddellijk moet worden vervangen.